Geluidsproject bij Beeld en Geluid Hilversum
Als onderdeel van het project Geluid bij Instituut Beeld en Geluid te Hilversum, geeft geluidsexpert Tonnie van Els een workshop aan 5 studenten van de Werkplaats Kindergemeenschap uit Bilthoven en hun begeleider Jan Willem Eckhardt.
Terwijl iedereen voetbal aan het kijken is (Nederland-Denemarken), gebeuren er hier veel interessantere dingen. De groep krijgt een uitvoerige rondleiding langs de technische ruimtes. Een belangrijke functie van het instituut voor Beeld en Geluid is het archiveren van het 'audiovisueel erfgoed', oftewel alle geluids- en beeldfragmenten die belangrijk zijn en die moeten worden bewaard. In de depots ligt meer dan 700.000 uur radio, televisie, film en muziek opgeslagen. Al dat materiaal wordt gedigitaliseerd, dat wil zeggen digitaal opgeslagen. Er zijn oude bandrecorders, platenspelers en allerlei soorten videorecorders om oude beeld- en geluidsdragers te kunnen lezen. Tonnie vertelt dat er vroeger technieken werden gebruikt om geluid op staalkabels op te slaan, ook die moeten kunnen worden gelezen.
Verder worden er continu opnamen gemaakt van de belangrijkste Nederlandse televisiekanalen. Al die gegevens worden met behulp van computers opgeslagen. Het instituut gebruikt 1,5 petabyte (1 petabyte=1000 terabyte, ofwel 1.000.000 gigabytes, of 1.000.000.000.000.000 bytes) aan opslag.........per week! |
|
In de workshop legt Tonnie van Els de basisprincipes van het digitaliseren van geluid uit, het quantificeren, oftewel omzetten in getallen: enen en nullen.
En aangezien het om zo vreselijk veel gegevens gaat, gaat hij uitvoerig in op de manieren om die gegevens te comprimeren (te verkleinen). Dat kan bijvoorbeeld door maar een gedeelte van het geluid op te slaan. Het blijkt dat het menselijk oor bepaalde dicht bij elkaar liggende tonen niet uit elkaar kan houden. De minst luide van die tonen kun je dan weglaten. Verder kunnen we maar een deel van het opgenomen geluid horen. Alles onder de 20 Hertz (hele lage tonen) en alles boven de 20.000 Hertz (hele hoge tonen) kan sowieso weg. Maar eigenlijk nog veel meer, zonder dat ons oor dat waarneemt. Na al dat "weglaten" kunnen de bestanden nog verder worden verkleind via wiskundige compressiemethoden, zoals het Lempel-Ziv algoritme.
Er zijn verschillende compressietechnieken. De meeste studenten kennen MP3 wel (eigenlijk heet dat Mpeg 1 Layer 3), maar er is ook AAC of Altrac of WMA, Ogg Vorbis en Flac. Een aantal van deze compressietechnieken laten gegevens weg, dat worden "Lossy" technieken genoemd. Andere technieken comprimeren wel, maar het volledige oorspronkelijke geluid is weer terug te halen, dat noemt men "Lossless". Een voorbeeld van die laatste techniek is Flac.
Over het algemeen geldt, hoe kleiner het resultaat van een compressie, hoe slechter het geluid is geworden. Probeer het maar eens, hoor jij verschil? :
Kraftwerk Numbers 128Bit 159kB |
Kraftwerk Numbers 64Bit 80kB |
Kraftwerk Numbers 32Bit 40kB |
Bij de uitleg wordt er gebruik gemaakt van het open-source geluidsbewerkingprogramma Audacity. Dat kunnen de studenten gratis downloaden en gebruiken. Er zijn steeds meer professionele geluidstechnici die het ook gebruiken. |
Iedereen heeft genoten van de middag en bedankt Tonnie van Els voor de fantastische uitleg. De volgende keer gaat hij uitleggen hoe je zelf een geluid maakt, bijvoorbeeld voor een ringtone.